StaatsinrichtingGuinee-Bissau is een republiek met een president als staatshoofd. De formele macht is in handen van de president, die wordt bijgestaan door een eerste minister. Het leger vormt echter, zeker na de recente gebeurtenissen, een zeer belangrijke machtsfactor die er niet voor terugdeinst om met geweld of onder dreiging daarvan haar eigen belangen te behartigen. Verschillende malen is gebleken dat deze belangen niet altijd parallel lopen met de landsbelangen. De regering wordt gevormd door de president, de eerste minister, de overige ministers en staatssecretarissen alsmede de directeur van de Centrale Bank. De regering is verantwoording schuldig aan het parlement dat uit 102 leden bestaat. Het parlement werd door Yala ontbonden in november 2002, maar met de verkiezingen van 28 maart 2004 is het weer in ere hersteld. Tijdens de laatste crisis is echter wederom gebleken dat het parlement, als het erop aankomt, geen machtsfactor van betekenis is. Pas met een structureel gereduceerde rol van de strijdkrachten zou het parlement op een behoorlijke manier kunnen gaan functioneren, maar daar ziet het voorlopig niet naar uit. Daar komt bij, dat binnen de afzonderlijke partijen en tussen de partijen onderling verschillende stromingen om de macht strijden. Sinds enkele jaren spelen etnische tegenstellingen (vnl. Balantes tegen overige etnische groepen, maar ook tussen zuid- en noord-Balantes onderling) een toenemende rol, en dat zal naar verwachting in de toekomst niet meer verdwijnen. PolitiekHet slechte bestuur door de voormalige regering van president Yala, de slechte economische- en mensenrechtensituatie en de achteruitgaande financiële en maatschappelijke positie van het leger, leidden tot de staatsgreep van 14 september 2003. Onder een interim-regering zijn de eerste stappen richting stabilisatie en economisch herstel gezet. De nieuwe regering riep de internationale gemeenschap op het land te hulp te komen. Hieraan werd echter vrijwel geen gehoor gegeven. Voorheen konden de militairen, wanneer ze geld nodig hadden, met enig machtsvertoon en gegarandeerd succes langsgaan bij staatsinstituties zoals de Centrale Bank, de douane, en de belastingdienst. De interim-regering poogde mede op instigatie van o.a. het IMF en de EU, in toenemende mate een halt toe te roepen aan deze ‘maffia-praktijken’. Na diverse verkiezingen en staatgrepen is de macht mopmenteel in handen van een militaire unta onder leiding van Manuel Serifo Nhamadjo. EconomieDe economie steunt voornamelijk op de sectoren landbouw (58%) en diensten (28,5%). Rijst en granen zijn de producten die voor eigen consumptie worden gebruikt en het belangrijkste exportproduct is cashewnoten. De cashewoogst is belangrijk maar de wereldmarktprijs van de cashewnoot is sinds 1999 sterk gedaald, waardoor de nettowaarde alleen maar minder is geworden. Andere exportproducten zijn: palmharten, bevroren vis en garnalen. Guinee-Bissau, Kaapverdië, Gambia, Guinee, Mauritanië en Senegal een overeenkomst om regionale samenwerking in toezicht op hun visgebieden te bevorderen. Het land heeft sinds 2001 een visserijakkoord met de Europese Commissie. Middels dit akkoord mogen Europese vissers binnen de territoriale wateren van Guinee-Bissau vissen. Hiernaast zijn in het verleden diverse afzonderlijke visserijcontracten afgesloten, waarvan de opbrengsten direct naar de president vloeiden. Het IMF-noodbudget heeft deze (aanzienlijke) geldstromen duidelijk in kaart gebracht.
GUINEE-BISSAU LINKSAdvertenties Nuttige linksGuinee-Bissau Startnederland (N+E)Reisinformatie Guinee-Bissau (N) Schrijf uw artikel over GUINEE-BISSAU BronnenElmar Landeninformatie Samensteller: Arie Verrijp / Geert Willems |
|