Landenweb.nl

NEDERLAND
Veluweroute Fietsen

De Veluweroute

Paasweekend 2002: voor ons een grote stap. Het is ons eerste gezamenlijke kampeerweekend. We gaan het kamperen uitproberen. In de maanden ervoor hebben we de benodigde uitrusting gekocht. We hebben in het routeboekje opgezocht in welke plaatsen we uit willen komen. Voor de zekerheid hebben we nog even gebeld naar een aantal campings. De meeste campings blijken inderdaad het paasweekend open te gaan. Wij gaan de Gazelle Veluweroute fietsen. De route zelf is ca. 270 kilometer, wij maken hem wat langer door vanuit huis te beginnen. Het inpakken van de tassen leidt tot vraagtekens. Wat zou meest logische verdeling zijn? In de achtertassen doen we alle kampeerbenodigdheden: twee tassen met slaapspullen, een tas voor de tent en een tas met alle kookspullen en etenswaren. De voortassen worden gevuld met kleding, slippers, handdoeken, toiletspullen en gereedschap.


Op 30 maart vertrekken vanuit ons huis in Tiel. Via de Amerongse berg fietsen we naar Hoevelaken. Over de snelweg is dat zo'n 80 kilometer. Binnendoor is het maar twee uur fietsen. Het fietsen gaat voorspoedig, zodat we doorfietsen naar de natuurkamping in Ermelo. Camping Drie ligt volgens "het Groene Boekje" midden in het bos. Een apart veld is ingericht voor trekkers. Wij hebben geen idee hoe druk het zal zijn. Het feit dat voor dat trekkers altijd een plaatsje beschikbaar is, vinden wij dan ook een aangename gedachte. Het blijkt niet erg druk te zijn, op het trekkersveldje staat nog één tent. Later op de avond komt daar nog een kampeerder in een hangmat bij. Op het andere veld staan wat meer kampeerders. De camping is schoon, wat voor Maureen een grote opluchting is. (Erg belangrijk als je voor de eerste keer in je leven gaat kamperen) Ze gaat enthousiast aan de slag met het wassen van sokken en een t-shirt. Toen was het aantrekken van ongewassen kleding een schrikbeeld. Het weer was heel mooi voor begin april. Een graad op zestien en half bewolkt. Het wordt in die tijd van het jaar nog erg vroeg donker, dus we gaan vroeg naar bed. Het is ook de tijd van het jaar waarin nachtvorst vaak voorkomt.


De volgende ochtend is het dan ook fris als we opstaan. Het is nog zoeken naar de handigste methode en volgorde om alle spullen weer in te pakken. We pakken in eerst alles in en daarna eten we ons ontbijt. De handen zijn inmiddels ijsklompjes geworden. Warme koffie helpt wel om ze wat op te warmen. Het afwassen erna zorgt ervoor dat ze weer in ijsklompen veranderen. We houden onze warme trui aan als we beginnen met fietsen. Het is zo hard afgekoeld omdat het onbewolkt was. Gelukkig betekent dat ook dat het redelijk snel opwarmt. Na een uurtje zijn we al weer bijna vergeten dat we zulke koude handen en voeten hebben gehad. De tweede dag is het vinden van de camping een grotere uitdaging. De camping die in het routeboekje genoemd staat, ligt wat van de route af. We besluiten voor de zekerheid even te bellen of hij ook open is. De telefoniste vertelt dat het geen camping is, maar een bungalowpark. We fietsen nog een stukje door. In Emst volgen we een bordje richting camping Zandhegge. Het is een (sta)caravancamping. Wij zijn allang blij dat we een camping hebben gevonden. We staan op het veld met de overige, niet vaste gasten. We zetten onder toeziend oog van de overige kampeerders onze tent op. In de loop van de avond, valt het ons op hoeveel mensen zitten te bellen. Lekker een weekend weg, gaan al die volwassen kerels naar hun moeder zitten bellen om te vertellen wat ze gegeten hebben? Wij snappen er niets van, waarom willen mensen tegenwoordig overal bereikbaar zijn? ’s Nachts worden we gewekt, als een clubje jongelui rond onze tent scharrelt. We hebben de mogelijkheid overwogen dat het leergierige jongeren waren, die nog nooit een tent hadden gezien. Voor de zekerheid hebben we toch geroepen dat ze zich elders moesten gaan vermaken (opkazen dus). Opgelucht denken we aan onze fietsen die bij ons in de tent staan, daar kan niemand aan komen. We horen ze vertrekken. Het duurt nog even voor we weer rustig kunnen slapen.



De derde dag fietsen we weer 80 kilometer, naar Velp. Onderweg zien we bijzonder fenomeen. Het is tweede paasdag, dé dag dat Nederland erop uit trekt. Als we in de buurt van een parkeerplaats komen op de Veluwe, is er geen doorkomen aan. In een omtrek van ongeveer een kilometer is het propvol. Daarna is het weer heerlijk rustig, tot we bij de volgende parkeerplaats in de buurt komen. We hebben heel veel campings gezien op de Veluwe en nemen resoluut het besluit om ’s zomers niet op de Veluwe te komen. Op de natuurcamping zetten wij onze tent op, terwijl de rest van de camping hun spullen weer afbreken. Wij hebben een extra dag verlof genomen. Aan het eind van de avond is nog maar één andere tent op de hele camping over. Natuurlijk staat die recht tegenover die van ons. Hoe krijgen we het voor elkaar?


De laatste dag fietsen we met stralend weer naar huis. Het is 2 april en wij fietsen in korte broek en t-shirt. DE spullen die Maureen op de eerste avond had gewassen, kunnen alsnog achterop drogen. Dat wassen was een slecht idee, alles is nog nat. Terug thuis van ons eerste kleine avontuur, maken we de balans op. Het kamperen beviel uitstekend, vooral op de natuurcampings. Vol vertrouwen zien we het eerste grote avontuur (De groene weg naar de Middellandse Zee) tegemoet. Een paar dingen kunnen handiger: Alle spullen dienen iedere keer consequent ingepakt te worden, dan kan je het ook altijd weer snel vinden. Het aantal spullen dat we meeslepen is beperkt, maar het zou toch vervelend zijn als je vier tassen doormoet voordat je de EHBO-set hebt gevonden. Om de tassen beter herkenbaar te maken, hebben we plakletters op de achterkant geplakt.