Landenweb.nl

HONGARIJE
Warm onthaal voor kunstenaars in Pecs

Culturele kruisbestuiving als baanbreker voor 2018

In de opmars naar de nominatie European Cultural Capital 2018 maken verschillende Nederlandse steden zich op voor de strijd. STAD Brabant exposeert daartoe in het Hongaarse Pècs, European Cultural Capital 2010. Daar maken ook andere Nederlandse steden hun opwachting.


‘Wat is Pècs voor een stad?’vraag ik aan Csaba Ruzsa, projectleider van Pècs 2010. ‘Onze stad is vooral een grenzenloze stad. Als dusdanig verkregen wij de nominatie European Cultural Capital’ antwoordt hij. Samen genieten we van goulash, paprika’s, pasta en polenta uit de Hongaarse keuken van restaurant Corso. Daarbij drinken we zowel Hongaarse wijnen van inheemse kadarka als van riesling en cabernets. De Hongaarse keuken en wijnkaart van Pècs zijn al net zo’n mengelmoes als de bevolking van deze stad.

Barokstad

De 165.000 bewoners tellende barokstad kent, volgens Csaba, negen nationaliteiten. ‘Onder hen zijn Oekraïners, Serven, Duitsers, Zigeuners, Roemenen, Russen, Grieken, Polen en Kroaten. Alle naties moeten met elkaar Pècs opbouwen. Wantrouwden de buren elkaar tijdens het Russisch bewind, nu moeten ze elkaar leren kennen. Een goede aanloop daartoe vormt ‘het feest van de buurman’: een project waarbij 1500 buren elkaar uitnodigen. Door elkaar te kennen ontstaat er samenwerking en daardoor meer eenheid.’
Een aparte plaats binnen Pècs 2010 nemen de zigeuners in. Ruzsa: ‘We weten allemaal, dat zigeuners viool kunnen spelen. Wereldberoemd is de zigeuner als vertolker van het lied: ‘du schwarzer Zigeuner, spiel noch einmal das Lied.’ Minder bekend is, dat de Roma ook mooie literatuur en jazz maken. Met een 50 tal projecten, van gedichtenavonden tot een orkest met 100 zigeuners, richten wij de aandacht op hen.’
Multinationaal is Pècs ook als studentenstad. ‘Maar liefst 35.000 studenten uit allerlei landen studeren hier, ‘glimlacht Csaba. ‘Onze stad is een levend museum. Bij de dom ligt de Cela Septichora, een door de Romeinen gebouwde 1800 jaar oude necropool. Zij getuigt van de belangrijke christelijke rol die onze bisschopsstad vanouds speelde. De moskee op het centrale plein en enkele andere monumenten getuigen van de Turkse bezetting (1543-1696), maar werden later gekerstend. Onder het Habsburgse rijk groeide onze stad uit tot de barokstad, zoals we haar nu kennen.’

[kader]
Winter Diary door de Roma-dichter Károly Bari
Herds of whitewahsed houses graze by the roadside
and nibble at stars with window teeth
My gipsy village, with its starving smoke
Crumbling walls, wind-ripped roofs
wrapped in trouble up to here
dangled ist raw poverty into the world
(Suffering Set Me on the Road.)
[einde kader]

Stad Brabant 2018

Om een brug te slaan tussen culturen nodigt het grenzenloze Pècs Europese kunstenaars uit om naar de stad te komen. Onder de ruim 13 projecten, waaraan Nederlanders deelnemen, viel ook de expositie Vitamine Br van het stedelijk netwerk BrabantStad 2018. Tijdens deze expositie, van 22 april tot en met 15 mei, legde BrabantStad het accent op zijn grootste kracht: de creatieve industrie. De deelnemers waren: Graphic Design Museum (beeldcultuur uit Breda), Audax Textielcentrum (Tilburg), Design Academy (Eindhoven), Visco (textiel uit Helmond) en het Europees Keramisch Werkcentrum (keramiek uit Den Bosch). Volgend jaar zullen ze weer acte de présence geven. Met deze samenwerking tussen Pècs en Brabant, geboren uit een burgerinitiatief, wil BrabantStad zich profileren voor de nominatie Europese stad van Cultuur 2018.
De expositieruimte is het voormalige Grand Café van hotel Nádor in het hart van de stad. Een kale ruimte waar uit het plafond roodbruin geroeste draden bungelen en een bar waar de koffie slechts 2 euro kost. Het doet me denken aan de tijd, waarin wereldverbeteraars op ‘geitenwollen sokken’ een wereldwinkel begonnen in een slooppand. Belichting en sokkels ontbreken, er heerst alleen die ene speciale sfeer waarin je zo aan de slag wil.

Terra Delft

Niet alle samenwerkingsverbanden vallen onder het project European Cultural Capital. Zo neemt Pècs samen met de Nederlandse stad Delft deel aan het internationale project UNIC (Urban Network for Innovation in Ceramics). Dit, door de Europese Commissie gesubsidieerde project betreft een netwerk van tien keramieksteden te weten: Limoges (Frankrijk), Aveiro (Polen), Selb (Duitsland), Stoke-on-Trent (United Kingdom), Faenza (Italië), Castellon (Spanje), Sevilla (Spanje), Napoca (Roemenie), Pècs en Delft. Met zijn allen willen ze het lokale keramiekklimaat versterken.
In september 2010 tonen tien Nederlandse kunstenaars hun keramiek in Pècs. Later houden kunstenaars uit Pècs een expositie in Nederland. Door elkaar te ontmoeten hopen ze onder meer op een stimulans in hun ontwikkeling als keramisch kunstenaar.
Een van de Hongaarse deelneemsters is de met meerdere internationale prijzen bekroonde Marta Nagy (1954). Voor het nieuwe winkelcentrum in Pècs ontwierp ze een ruimtezaal waarin een ieder tot rust kan komen. Het houdt het midden tussen een pantheon en een mausoleum. Tegen de blauwe achtergrond van de hemel beschrijven talloze zielen in de vorm van driehoekjes een ellipsvormige baan naar boven.
Intussen hoopt Pècs in september de restauratie van de Szolany-fabriek af te ronden. Dit in 1853 opgerichte familiebedrijf behoorde ooit tot de meest unieke porseleinfabrieken ter wereld. Er werkten tweeduizend mensen, maar tijdens de Russische bezetting werd de fabriek onteigend, Nu werken er nog slechts tweehonderd mensen.
In juni 2010 wordt het terrein nog beheerst door de lucht van gezaagd hout, verf, cement, bloed, zweet en tranen. Het werk is nog lang niet klaar. Van een expositiegebouw ligt er alleen de fundering Het lijkt alsof er iemand een diepe zucht laat in het mausoleum van Szolany (1907).

Terra Hungaria

De keramisten uit StadBrabant zullen aan het werk gaan in Terra Hungaria. Deze keramiekbakkerij is geboren uit een in 1990 genomen initiatief door de Nederlander Anthony Hendrix en de Belg Pieter Leemans. Hun bedrijf maakt keramiek van hoge kwaliteit. Van bloempotten, vazen, tuinmeubels en terrastegels tot parels voor halssieraden, maar staat vooral bekend om zijn raku-techiek. Door deze, van oorsprong Japanse, techniek craqueleert het glazuur.
Stukken rood gebrande klei gaan in een oven met een temperatuur van 1000º C. Na het bakken koelt het werkstuk af, zodat het craqueleert. Daarna gaat het in een bak met brandbaar materiaal, zoals gedroogde planten en zaagsel. Door de ontstane rook krijgt het werkstuk zwarte lijnen.
De ongelooflijk intensieve kleur inspireerde Peter en Anthony tot het maken van parels voor halssieraden. Elke parel wordt met de hand gemaakt en is daardoor uniek. Bijzonder zijn ook de tuinmeubels: uiterst dun gegoten beton dat glanst als graniet en straalt als glazuur in zeer strakke vormgeving. De producten worden in Nederland verkocht door Pols Potten.

Met een glas fruitige Pècsi Cirfandl, een Hongaarse inheemse druif, proost ik tenslotte met Csaba Ruzsa op het succes van Pècs. Of hij blij is met zijn functie? ‘Ik voel me heel tevreden om hieraan mee te mogen werken. We moeten als culturele stad van Europa deze unieke kans benutten om bekend te raken. We hebben pas iets bereikt, wanneer we er in slagen Pecs op de culturele kaart van Europa te plaatsen.’

het centrale plein bij nacht