Landenweb.nl

FRANKRIJK
Frankrijk Fietsvakantie

Tiel - Rahier

Op vrijdag 31 mei begon ons eerste grote fietsavontuur: op de fiets vanaf ons huis in Tiel via Belgie, Luxemburg en Frankrijk naar de Middellandse Zee. We trokken vier weken uit voor deze fietsvakantie over de Groene Weg naar Stes. Maries, de weg terug zou met de trein slechts één dag duren. Met stralend weer vertrokken we uit Tiel onze twee katten, Poesje en Bertus, in de vertrouwde zorg van de buren achterlatend. In twee dagen tijd zijn we naar Maastricht gefietst waar de "Groene Weg" begint. Deze route is beschreven in het routeboekje van de Fietskaart Informatie Stichting. Deze twee dagen voerde ons langs bekende en onbekende wegen in Nederland. De eerste nacht van onze vakantie brachten we door op een strak pas gemaaid grasveldje op de camping in Meijel. Het echte vakantiegevoel hadden we hier nog niet omdat we wel vaker een weekendje fietskamperen in Nederland. De tweede dag fietsten we langs Weert en Roermond om vervolgens via Sittard in Geleen terecht te komen. Daar brachten we een kort bezoek aan de ouders van Patrick waar we na het genieten van de lunch de reis voortzetten richting Maastricht. Voor Patrick als geboren en getogen Limburger was het vinden van het begin van de route in Maastricht vanaf het station Randwyck niet moeilijk. Het vinden van de camping in Oost Maarland had aanvankelijk wat meer voeten in de Limburgse aarde. Enige volhardendheid bracht ons echter op een typische camper-en-caravan camping waar we snel het tentje opzetten om na een warme douche te genieten van de kookkunsten van Patrick. Op basis van deze culinaire prestaties is Patrick later deze fietsvakantie omgedoopt tot Maitre Pierre.



Op de derde dag nadat we al vroeg de camping in Oost Maarland hadden verlaten, kwamen we in Eijsden midden in een processie terecht. Een bijzonder lange processie om precies te zijn waarbij ons net zoveel aandacht van de gelovigen ten deel viel als de voorbijtrekkende processie. Geduldig hebben we staan kijken tot we achter het laatste beeld dat vergezeld werd door een harmonie aan konden sluiten. Omdat Eijsden een klein dorp is en de processie nogal langs was, moesten we even een sprintje trekken om niet aan de andere kant van het dorp weer het begin van de processie tegen te komen.



Het eerste deel van de dag vielen de Ardennen ons erg mee, zoals Patrick die ochtend ook regelmatig enigszins overmoedig heeft geroepen. Zoals hoogmoed voor de val komt, kwamen de heuvels voor de hoge "bergen" en werd het regelmatig alsnog een pittig eindje fietsen. We eindigden na een kleine omweg die toevallig de steilste heuvel in de omgeving omvatte in Rahier. Deze exercitie in hoogtemeters leerde ons dat we de routebeschrijving letterlijk moesten nemen en niet een eigen interpretatie aan de routebeschrijving moesten geven. Omdat Rahier in het Franstalige gedeelte van Belgie ligt kon Maureen voor het eerst sinds de middelbare school haar Frans weer eens gaan oefenen. Tenminste, dat dacht ze. Nog voordat ze de eerste Franse woorden sinds tien jaar over de lippen kon krijgen vroeg de campingbeheerder in perfect Nederlands: "Ga je naar Sts. Maries of Santiago?" . Gedurende het gesprek bleek dat de camping een veel gebruikte rustplaats is voor fietsers die de Groene Weg of de route richting Santiago fietsten. De campingbeheerder gaf de tip dat het riviertje volgen een makkelijke weg was om weer op de route te komen, zonder het bijzonder steile stuk dat we enthousiast naar beneden waren gerold om bij de camping te komen, ook weer omhoog te moeten.



Rahier - Voltroff

De volgende dag waren onze benen het duidelijk met ons oneens over de aanstalten die we maakten om wederom een flink eind te gaan fietsen. Het gebruik van de sluiproute van de campingbeheerder gaf de benen in elk geval de tijd rustig te wennen aan de vele heuvels die zouden volgen. De nieuwe remblokjes die Patrick voor de vakantie installeerde hadden ook een gewenningsperiode nodig. Met name de voorrem op de fiets van Patrick meldde zich telkens luidruchtig voor de arbeid, de volgende keer toch met wat meer "toe-in" afstellen. Maureen vond het gegil van de remmen wel erg handig, het was voor haar het teken om ook in de ankers te gaan. 's Middags vinden we in het kleine plaatsje Lieurnieux gelukkig een supermarkt. Deze "vondst" lijkt triviaal maar wij hadden geen rekening gehouden met de uitgestorven dorpen en dus moeilijk vindbare supermarkten in het desolate Wallonië. We maken dan ook van de gelegenheid gebruik en proppen de tassen goed vol met voldoende etenswaar voor de komende twee dagen. Diezelfde avond bereiken we Wiltz in Luxemburg en vinden we gelukkig een geldautomaat, de bodem van onze mobiele schatkist was al in zicht. Op de camping komen we voor het eerst routegenoten tegen, een stel uit Leiden op de tandem en een Belgische mevrouw die de Groene Weg al voor de vierde (!) keer fietst. Het stel op de tandem heeft het plan opgevat om in vier weken de Groene Weg heen en weer te fietsen. Daar werden we allebei wel een beetje stil van, dat was dubbel de afstand die we zelf dachten af te leggen! Een goed begin is het halve werk moeten ze gedacht hebben toen ze in één dag van Leiden naar Weert fietsten, dat is een slordige 190 km in één dag.



In Wiltz worden we tijdens het koken overvallen door een regenbui, het blijkt een voorteken te zijn van het omslaande weer. Samen met onze tijdelijke reisgenoten op de tandem zijn we 's ochtends in al ons vroege enthousiasme in Wiltz verkeerd gereden, zodat we gezamenlijk voor niets een enorme heuvel hebben bedwongen. Omdat terugkeren geen optie is, een mens fietst nu eenmaal liever tien kilometer om in plaats van terug te keren op zijn schreden, bedwongen we na een afdaling nog een berg om de route vervolgens weer op te pakken. Het viel ons op dat het klimmen en dalen met de tandem niet sneller gaat dan wij, op de vlakke stukken moeten we echter onze meerdere erkennen en worden we volledig los gefietst. Toch zouden wij voorlopig onze eigen Koga's niet willen inruilen voor een tandem met karretje erachter, een normale fiets met volledige bagage gaat toch net even makkelijker door de smalle poortjes die de toegang tot fietspaden afschermen heen. Met een tandem wordt zo'n poortje toch echt wel tillen. We komen later die dag wegwerkzaamheden tegen die ons zouden dwingen om circa 25 kilometer om te fietsen. Afgezien van deze afstand volgt de omleiding niet het dal van het riviertje waar we nu fietsen maar gaat dwars over heuvels heen. Zo als goed Nederlanders betaamt nemen we dan ook aan dat de omleiding niet voor ons bedoeld is en fietsen om de wegafzetting heen. Dat gaat ook best goed, geen wegwerker te bekennen. Tot dat we een bocht omkomen en we een aantal mannen met een graafmachine en gronddoek bezig zien. Voor de mannen echter geen probleem, ze gebaren ons over het uitgerolde doek te fietsen en zo vervolgen wij onze weg.



De volgende dag op de camping in Alzinger maakten we kennis met een nieuwe fenomeen: de bouwvakkende campingbewoner. Toen we bij de camping aankwamen stonden er redelijk wat caravans en grote tenten onder een partij bomen in een hoek van de camping. Omdat deze hoek de enige was met schaduw zetten ook wij uiteraard onze tent hier op. Een lekker rustige plek want niemand van de caravan of tentbewoners leek aanwezig te zijn, het had iets weg van seizoensplekken gedurende de werkweek. Echter, tegen een uur of zeven 's avond kwamen steeds meer mannen in busjes met bouwmaterialen aan op de camping. Dit waren dit allemaal bouwvakkers die in de stad Luxemburg aan het werk waren maar vanwege de kosten bivakkeerde op deze camping. De gevreesde luidruchtige bierfeesten bleven gelukkig uit en konden wij dus gewoon genieten van onze welverdiende nachtrust.



Op de website van de Fietskaart Informatie Stichting zijn aanvullingen en wijzingen op het routeboekje van de Groene Weg terug te vinden. Als goedvoorbereide vakantiefietsers hadden wij op de Internet site gelezen dat er op het traject tussen Voltroff en Lunéville geen camping meer zou zijn omdat de camping in Chateau-Salins was opgeheven. Om de dag erna enigszins uitgerust aan de 121 km van Voltroff naar Lunéville te kunnen beginnen, namen we een halve dag rust op de camping in Voltroff. De camping in Voltroff is uiteindelijk in de top drie van ergste campings tijdens deze fietsvakantie terechtgekomen. Het was een trieste verzameling oude caravans in een passende setting waarbij de sfeer nog eens werd versterkt door de overdrijvende regenbuien. Het vinden van het toiletgebouw op deze grote camping was geen probleem, je neus diende gewoon de stank te volgen. In de zoektocht naar een geschikt plekje in deze trieste omgeving reed Maureen iets te dicht langs een glascontainer wat dan ook prompt resulteerde in onze eerste lekke band. Het plakken hiervan was een koud kunstje en daarna kregen we genietend van de resultaten van de kookkunsten van Patrick een prachtig schouwspel voorgeschoteld: een Nederlands echtpaar op leeftijd dat een veel te grote caravan op een veel te klein plekje probeert te manoeuvreren met een veel te grote auto, genieten dus!



Voltroff - Pont su Saone

Na het afleggen van de 121 kilometer die Voltroff en Lunévile scheiden, horen we op de camping municipal in Lunéville van niet eerder ontmoette routegenoten dat zij op de camping in Chateau-Salins hadden overnacht; de website van de FIS zat er hier dus een tikkie naast. Het grappige is dat we wel nog boodschappen gedaan hebben in Chateau-Salins, de winkel bleek volgens onze collegae fietsers zo'n beetje naast de camping te liggen. De camping municipal in Luneville had tot ons beider genoegen zowel een wasmachine en een droger. Echter, die apparaten slikten onze euro's maar niet, zouden er wellicht nog oude Franse franken in moeten of moesten we gewoon wat harder duwen? Nadat verbale en fysieke onderhandelingstechnieken niet bleken te werken gaven we de hoop op schone welriekende kleren in eerste instantie op. Uiteindelijk bleek de beheerder van de camping aan de overzijde van de straat waaraan de camping lag te wonen en moesten we bij haar gewoon speciale munten kopen voor het verzamelde witgoed. Maureen heeft vervolgens als vakkundig huis/tentvrouw de vieze was, d.w.z. alles wat we aan kleren bij ons hadden, weer fris gewassen en vooral gedroogd. We waren er inmiddels ook wel achter dat het niet handig is om katoenen spullen mee te nemen als je in wisselvallig weer terechtkomt. Tegen de tijd dat de was bijna droog is, komt er wel weer een regenbui en is alles weer nat en klam. Om het drogingsproces wat te versnellen, bonden we de natte was tussen de riemen van onze Ortlieb achtertassen, dat heeft dus alleen het gewenste effect als de zon schijnt.



De camping in Lunéville ligt aan een vrij drukke weg, dus wat ons betreft niet echt ideaal voor een rustdag hoewel het stadje zelf volgens het routeboekje een cultuurhistorisch juweeltje zou moeten zijn. Echter, wat betreft het bezichtigen van gebouwen en kerken zijn wij cultuurbarbaren, het is gewoon niet aan ons besteed. Waar anderen spreken over "pittoresk, authentiek en rustiek" zien wij vaak half vervallen gebouwen onder het murmelen van "wat een oude kraam". We besloten dan ook nog één dag door te fietsen, voor we aan onze eerste welverdiende rustdag van deze fietsvakantie zouden beginnen.



Maar helaas, de geplande rustdag zou nog een dag moeten worden uitgesteld zo bleek toen we uitgeput bij de voor verbouwing gesloten camping in Darnay aankwamen. Na vol vertwijfeling over de camping te hebben gelopen, troffen we nog net één van de bouwvakkers. Hij gebaarde naar het aanhoren van ons Frans gestamel dat we de tent mochten opzetten op het bovenste deel van de terrascamping. We denken dat hij ons eigenlijk liever had weggestuurd, maar uit medelijden toch maar toestemming gaf. Het toiletgebouw was dicht, maar er zaten wasbakken aan de buitenzijde met functionerende kranen, aan water dus geen gebrek. Het toiletgebouw lag wel een terras lager en de helling was bijzonder steil. Onhandig als Maureen bij tijd en wijle kan zijn, gooide ze een teiltje water over haar schoenen net nadat ze met haar zware lading de steile helling was opgezeuld. Dus natte schoenen, deukje in de gemoedstoestand en weer een keer klimmen. Zelf vonden we het die avond toch wel spannend, voor het eerst "wild" kamperen. De schrik sloeg ons dan ook even om het hart toen na een aantal uurtjes een auto voor het gesloten hek van de camping stopte, een man uitstapte en direct op ons toeliep. Het bleek gelukkig een landgenoot te zijn die ook op zoek was naar een plek voor de nacht maar hij besloot een andere camping te zoeken na het aanhoren van ons relaas. Helemaal rustig hebben we niet geslapen, we hebben in de tent nog wel regelmatig gedacht dat iemand ons zou komen vertellen dat we er niet mochten staan.



Op de camping in Pont-sur-Saone hadden we de keuze tussen kampeerplaatsen verdeeld door keurige hagen, waar de meeste campinggasten stonden, of een mooi groot grasveld met hoge bomen waar helemaal niemand stond. Zoals een goede gek betaamt namen we aan dat de rest van de campinggasten gek was en kozen we voor het grote, lege veld om ons tentje op te zetten. Wat een geluk een heel veld helemaal voor ons alleen en zo heerlijk rustig! Deze euforie bleef bij ons tot de schemering haar intrede deed. Dat was het moment dat een beest tot leven kwam dat om de paar seconden een schrille zeer luide schreeuw gaf. Dit geschreeuw hield pas de volgende ochtend op toen het weer licht werd. Patrick is nog wel de tent uit geweest om proberen met takken gooien dit beest te verjagen. Het resultaat van deze nachtelijke actie was dat niet één maar twee schreeuwende beesten ons van onze slaap beroofden. We hebben er twee nachten gestaan en er twee nachten van mogen genieten, naïef als we zijn gingen we er van uit dat het beest ook op doortocht zou zijn; helaas ze hadden een seizoensplaats. Achteraf vermoeden wij dat de luidruchtige beesten de reden zijn geweest dat het mooie veld zo leeg was. Gedeelde smart is halve smart; de tweede nacht waren we niet meer alleen, maar hadden we bezoek gekregen van de routegenoten die we in Lunéville al waren tegengekomen. We hebben ze nog gewaarschuwd voor de nachtelijke avonturen die je kon beleven op die camping maar ook zij waren eigenwijs. Zou dat vakantiefietsers eigen zijn? In het stadje hebben we ons uren kunnen vermaken met de tentoonstelling "Caleidoscoop", die honderden foto's bevat van families over de hele wereld. Als onderschrift bij de foto's werden hun dromen voor de toekomst vermeld. Deze foto's hingen langs de kant van de weg en vormden een sliert van kilometers lees en kijkplezier.



Pont sur Saone - Pont de Barrat

Het aanvankelijke mooie weer waarmee we vertrokken waren, was in Luxemburg omgeslagen en de nodige buien en koele avonden vergezelden onze tocht door Noord Frankrijk. De combinatie van dit grijze weer met de leegte en armoede van Noord Frankrijk maakt dat de dagen nogal grauw en saai lijken. Het fietsen viel ons ook relatief zwaar, de heuvels van Noord Frankrijk zijn niet hoog genoeg om lekker uit te rusten tijdens de afdaling maar wel weer hoog genoeg om geen goed tempo te kunnen maken. En met wind tegen moesten we bij tijd en wijle ook bij de afdalingen trappen en dat mag natuurlijk al helemaal niet! Klimmen vinden we prima, zolang we daarna maar wel beloond worden met een lange glooiende afdaling. Het slechte weer zorgde bij Patrick ook voor donkere wolken in zijn hoofd, hij werd behoorlijk mopperig van de regen. Onderweg van Arc-et-Senans naar Thoirette kwamen we een Nederlands stel tegen, gepensioneerd en vitaal. Ze waren begin april uit Nederland vertrokken op fietsvakantie naar Rome en Sicilie en trokken nu huiswaarts de Groene Weg vanaf Zuid-Frankrijk naar huis fietsend. Met deze mensen hebben we een hele tijd staan praten. Het ongekende enthousiasme van beiden ondanks de vele dagen regen en het desolate landschap zorgde ervoor dat het weer in Patrick's hoofd zienderogen opklaarde. Daarna zijn er weinig moppies meer gemaakt en fietsten we met hernieuwde moed over de Groene Weg de zon tegemoet.



Om ook echt in mooier weer terecht te kunnen komen, moeten we volgens het boekje de Rhône oversteken. Tot dat punt zitten we in de regenschaduw van de Jura, maar je mag ook gewoon de natte kant van de berg zeggen. Om aan de droge kant van de berg te komen, moesten we aantal keer flink klimmen omdat de route ons vlak langs de uitlopers van deze bergen leidde. We hebben inmiddels geleerd dat het nogal verschil maakt of je 's ochtends vroeg of aan het einde van de dag kilometers moet klimmen. Onze voorkeur gaat uit naar vroeg op de dag, we zijn dan nog fris en vol energie. Toen we weer eens ergens zaten uit te puffen van een klim hebben we nog een praatje gemaakt met een routegenoot die de Groene Weg in omgekeerde richting fietste. Deze goede man verzekerde ons dat het aan de andere kant van de bergen heel mooi en warm weer was, zo warm zelfs dat hij zijn kruikjes in de loop van de dag moest hervullen. Omdat wij "kruikjes" een veel mooier woord vinden, vullen wij sinds die dag dan ook niet meer onze bidons maar onze kruikjes.



De man van de kruikjes had gelijk want zodra we de uitlopers van de Jura voorbij waren klaarde het weer meteen op en hebben we geen druppel regen meer gezien. Deze scherpe scheidslijn tussen het grijze regenachtige weer dat ons al dagen achtervolgde en de strak blauwe luchten was wel heel opmerkelijk en werd des te meer door ons verwelkomd. Een paar avonden achter elkaar komen we op de camping Jan tegen die de Groene Weg in zijn eentje fietst. We kletsen 's avonds uitgebreid over de ervaringen van die dag en springen ter afkoeling gezamenlijk in het zwembad op de camping. Onderweg komen we na twee weken de routegenoten op de tandem met karretje weer tegen. Jan was ons die dag iets voor en was al aan de praat met het illustere tweetal. Ze bleken gekeerd te zijn voordat ze de Middellandse zee hadden bereikt. De verplichtingen van een werkzaam leven dwongen hun in Hauterives te keren en huiswaarts te fietsen. Inmiddels hadden wij besloten dat onze reis zo voorspoedig liep dat we in plaats van rechtstreeks naar Stes Maries te fietsen we eerst naar St. Pierre zouden fietsen. Vanuit St. Pierre zouden we dan via de kust terug naar Stes Maries gaan. Als we de directe route via Orange en Avignon zouden fietsen, zouden we al na ruim twee weken fietsvakantie in Stes Maries hebben gestaan wat zeker anderhalve week eerder was dan gepland. Om niet avontuurlijker over te komen dan we destijds waren; de route naar St. Pierre is in het routeboekje van de Groene Weg als alternatief opgenomen en dus was deze beslissing snel genomen.



Onderweg zijn we regelmatig landgenoten met caravan tegengekomen, die dan tegen ons zeiden: "Ja, dat kan als je jong bent". We vonden het vooral leuk om te vertellen dat we regelmatig andere fietsers tegenkwamen die inmiddels de pensioengerechtigde leeftijd hadden bereikt en lekker een paar maanden met de volgepakte fiets (inclusief tent) op fietsvakantie waren. Hoezo kan dat alleen als je jong bent? De hele route van Nederland tot aan de zee is met name klimmen en dalen, veel meer dan we ons hadden gerealiseerd. We hadden toch wat meer vlakke stukken verwacht. Met een bij elke hoogtemeter toenemend respect hebben we regelmatig gedacht aan onze helaas inmiddels wijlen grote held, Ignace Vervaet. Hij beschrijft in zijn boek "Duizend heuvels" hoe hij met zijn stadsfiets met drie versnellingen en trommelremmen naar Santiago fietste, zonder noemenswaardige training. Tenzij je een aantal keer op en af fietsen van een viaduct als training ziet. Dit alles zonder lichtgewicht spulletjes en met dagafstanden waar we jaloers op kunnen worden. Het boek van Ignace kunnen we iedereen aanraden, geweldig, met name de foto's van Ignace onderweg op een volgepakte oerdegelijke Hollandse stadsfiets. Om net als Ignace ook eens wat van de "couleur locale" op te snuiven besluiten we het Palais Ideal te gaan bezoeken. Het eerste uitstapje van onze fietsvakantie draait echter uit op een teleurstelling want het Palais Ideal bleek gesloten en even snel kijken is er niet bij omdat men er een metershoge muur omheen heeft gebouwd. De muur is er om toeristen te dwingen vooral een kaartje te kopen nadat men zich door een wirwar van kraampjes en winkeltjes met lokale kitsch heeft heen geworsteld; een dagje Valkenburg geeft een zelfde ervaring die niet aan ons besteed is.