Landenweb.nl

CYPRUS
Geschiedenis

To read about CYPRUS in English - click here

Authentieke Reizen naar Cyprus

Steden CYPRUS

Nicosia (lefkosia)Paphos

Geschiedenis

De eerste Cyprioten, boeren en jagers, bewoonden Cyprus al in de jonge steentijd (Neolithicum), ca. 7000 jaar voor Christus. De werktuigen die ze gebruikten waren van een soort vulkanisch glas of van vuursteen. De best bewaarde neolithische nederzetting is Khirokita. Rond 4500 v. Chr. komt er een nieuwe groep kolonisten aan op Cyprus.

Het koperen tijdperk (ca. 3500-2500 v. Chr.) is van groot belang voor Cyprus. Grote hoeveelheden koper worden ontgonnen en er wordt handel mee gedreven, o.a. met Egypte. Een belangrijke vondst uit deze tijd is het kalkstenen beeldje uit Lemba.

De vroege bronstijd (ca. 2500-1900 v. Chr.) brengt alweer nieuwe kolonisten naar Cyprus, dit keer uit Anatolië. De midden-bronstijd (ca. 1900-1600 v Chr.) kenmerkt zich door het ommuren van steden en het bouwen van versterkingen. Bovendien vindt men veel wapens en graven. Dit alles duidt op een onrustige tijd voor de bevolking en het doorbreken van het isolement waar Cyprus eeuwenlang in verkeerde. Ook werd er veel aardewerk geëxporteerd naar Syrië en Palestina. Door die export werden er veel plaatsen gesticht aan de zuidoostkust.

In de late bronstijd (ca. 1600-1050 v. Chr.) wordt de internationale politiek en handel steeds belangrijker voor Cyprus en zorgen zelfs voor het bijna geheel verdwijnen van de Cypriotische cultuur. Met name aan de oostkust ontstaan havensteden als Enkomi en Kition. In de 14e en 13e eeuw voor Christus ontwikkelt Cyprus zich voorspoedig. De groei van de bevolking is groot en luxe en rijkdom valt Cyprus ten deel. Er ontstaat zelfs een eigen schrift, het Cypro-Minoïsche, dat o.a. staat op kleitabletten gevonden in Enkomi. Vanaf 1250 v. Chr. stort de bronstijdbeschaving in het oostelijke deel van het Middellandse-Zeegebied ineen. Ook Cyprus lijdt hieronder en Enkomi en Kition worden rond 1220 v. Chr. totaal verwoest door onbekende aanvallers. Hierna volgt een zeer korte bloeiperiode door kolonisten uit Mycene en oosterse landen. Vanaf 1190 voor Christus komen diverse golven Aechaeïsche immigranten het land binnen.

De welvaart verdween in deze periode en veel bewoners verlieten Cyprus. Uit de Cypro-geometrische tijd (ca. 1050-750 v. Chr.) is met name uit de begintijd niet veel bekend. In de 9e eeuw voor Christus stichtte het handelsvolk van de Phoeniciërs een kolonie in Kition. De welvaart nam weer toe, de bevolking groeit weer, de handel met de Egeïsche en de Klein-Aziatische wereld bloeit weer op. In het Cypro-Archaïsche tijdperk (750-475 v. Chr.) staat Cyprus onder druk van de Assyriërs, maar blijven autonoom. Van 569 tot 545 voor Christus wordt Cyprus gedeeltelijk bezet door de Egyptische farao Amasis. Hierna onderwerpen de Cypriotische koninkrijkjes zich min of meer vrijwillig aan het Perzische Rijk van o.a. de legendarische koning Darius. Cyprus bleef echter min of meer onafhankelijk, men slaat zelfs de eerste munten.

In deze tijd worden ook uitingen van religieuze aard steeds duidelijker en belangrijker door de veelvuldige handelscontacten met Egypte, Griekenland en oosterse volken. Gedurende de 5e eeuw v. Chr. waren er wat pogingen van Grieks verzet tegen de Perzische overheersing. In de Cypro-klassieke periode (475-330 v. Chr.) lukt het de Grieken om de Perzen te overwinnen. De nationale held Euagoras bevocht in 411 de onafhankelijkheid. In 380 v. Chr. wordt Athene echter weer verslagen door de Perzen. Het is uiteindelijk Alexander de Grote die in 333 v. Chr. Cyprus bevrijdt van de Perzische overheersing. Deze wisselende heerschappij over Cyprus veroorzaakte een politiek zeer onzekere situatie omdat tussen alle conflicten door, nog steeds handel gedreven werd tussen Cyprus, Griekenland en het Perzische Rijk. Na de dood van Alexander de Grote in 323 v. Chr. werd er door zijn generaals o.a. gestreden over de heerschappij over Cyprus. Ptolemaeus uit Egypte won uiteindelijk en tot aan de overheersing van de Romeinen bleef Cyprus onderdeel van het Egyptische Rijk der Ptolemaeën. De kleine stadstaatjes met hun koningen verdwenen en Cyprus werd bestuurd als een militaire provincie.

In 58 v. Chr. wordt Cyprus ingelijfd door Rome en een rustige, voorspoedige periode breekt aan. Wel werd Cyprus in die tijd getroffen door enkele zware aardbevingen en een grote opstand onder de joden die echter in 117 door de Romeinen hardhandig onderdrukt werd. In deze periode kreeg ook het christendom vaste voet op Cyprus. In de vierde eeuw valt het Romeinse Rijk uiteen en wordt in 364 in tweeën verdeeld. Cyprus komt bij het oostelijke, Byzantijnse Rijk, met Constantinopel als hoofdstad. In de 5e eeuw wordt de Orthodoxe Kerk van Cyprus na vele conflicten autonoom en de macht van de Cypriotische bisschoppen wordt steeds groter. In 647, 654 en 692 wordt Cyprus aangevallen door de Arabieren en ook in 8e en 9e eeuw is Cyprus het toneel van de strijd tussen de Arabieren en de Byzantijnen. Met name de oude steden aan de kust worden verwoest en de bevolking vlucht landinwaarts.

Hierdoor is de opkomst van de latere hoofdstad Nicosia een feit. In 964 wordt Cyprus bevrijd van de Arabieren en de islam. In 1094 breekt de oosterse orthodoxe kerk officieel met de westerse, Latijnse kerk. In de tijd van de kruistochten werd het Byzantijnse rijk steeds zwakker en de kruisvaarders hadden al snel in de gaten dat Cyprus van grote strategische waarde zou kunnen zijn voor hun missie.

Het is koning Richard Leeuwenhart van Engeland die in 1191 Cyprus voor het eerst onder toezicht stelt van een westerse mogendheid. Hierna besluit Richard Leeuwenhart om Cyprus te verkopen aan de tempeliers, een rijke militaire en geestelijke ridderorde. De tempeliers ondervonden veel weerstand van de Cypriotische bevolking en gaven Cyprus terug aan Leeuwenhart. Deze gaf Cyprus aan Guy De Lusignan, de ex-koning van het Franse rijk van Jeruzalem en Cyprus werd door hem verdeeld onder een aantal Franse edelen. De orde van de tempeliers werd in 1312 door de paus opgeheven en alle landerijen kwamen in het bezit van een andere orde, de johannieters ofwel hospitaalridders. Voor de Cypriotische bevolking is de De Lusignans-periode niet zo gunstig; de heersende klasse profiteert voornamelijk. Ook de positie van de orthodoxe kerk komt onder druk te staan en raakt ondergeschikt aan de Latijnse kerk. De 14e eeuw was verder een"gouden" tijd door de bloeiende handel met de moslims.

Bovendien vestigden Europese mogendheden als Pisa, Genua en Venetië zich in de stad Famagusta. In 1372 komt het tot gevechten tussen het Huis De Lusignan en de Genuesen en Venetianen. De gevechten eindigden met de overgave van Famagusta aan de Genuesen. In 1426 vielen de Egyptische Mamelukken Cyprus binnen en verwoestten o.a. Nicosia. Dit betekende tevens het einde van de toch al tanende macht van het geslacht De Lusignan. Eind 15e eeuw komen alle belangrijke functies op Cyprus in handen van de Venetianen, die in die tijd een supermacht vormden. Door nieuw ontdekte scheepvaartwegen en het oprukkende Osmaanse (Turkse) rijk brokkelt de macht van de Venetianen snel af. Met name het gewone volk leed hier erg onder. Het is dan ook niet vreemd dat de Cyprioten geen vinger uitsteken als de Turken in 1570 Cyprus binnenvallen. Toch worden de Turken in de beroemde zeeslag bij Lepanto verslagen. In 1573 doet Venetië afstand van al haar aanspraken op Cyprus. De Turken werden door de Cyprioten als bevrijders verwelkomd.

Zij herstelden bovendien de Grieks-orthodoxe kerk in ere. Verder kregen tienduizenden Cyprioten voor het eerst eigen land. Ook 20.000-30.000 Turkse kolonisten kregen, vaak beter, land toegewezen. Hoewel de Turken zich over het eiland verspreidden, bleven beide bevolkingsgroepen toch streng gescheiden. Dit heeft tot de dag van vandaag nog grote invloed op het eiland. Door hongersnood, onderdrukking, epidemieën en verwaarlozing van de infrastructuur bleven er van de 150.000 belastbare inwoners nog maar 25.000 over. Istanbul begreep de precaire situatie goed en in 1660 volgde een belangrijke maatregel: de aartsbisschop van Cyprus werd weer belangrijk gemaakt door de Turkse sultan. In 1754 werd de toenmalige aartsbisschop officieel erkend als de leider van het Grieks-Cypriotische deel van Cyprus. Zo bleef de macht van de aartsbisschop toenemen, ook al omdat de aartsbisschop belasting mocht gaan innen. In 1818 leidde de Griekse Vrijheidsoorlog tot de Griekse onafhankelijkheid van het Osmaanse regime. Door deze vrijheidsoorlog en de Russisch-Turkse oorlog van 1828-1829 werd het Osmaanse rijk flink in het nauw gedreven, en vroeg de Engelsen om hulp. Dit leidde in 1871 uiteindelijk tot de overname van Cyprus van de Turken door de Engelsen. In 1878 (Congres van Berlijn) kreeg Engeland het bestuur over het eiland dat officieel onder Turkse soevereiniteit bleef. Het enige wat van Engeland verlangd werd was een jaarlijkse vergoeding. De Britten gaven meteen behoorlijk wat geld uit voor handel, cultuur, bebossing en landbouw. Ook kwam er nieuwe wetgeving en de bevolking nam weer snel toe. Toch richtte het Grieks-Cypriotische deel van de bevolking zich nog steeds op Griekenland en men koos bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog dan ook de zijde van Duitsland. Hierop annexeerde Engeland Cyprus en in 1925 werd Cyprus een Britse kroonkolonie, uiteraard onder protest van de Grieks-Cyprioten.

In 1948 verwierp de Cypriotische Assemblee de Britse voorstellen voor een grondwet. In 1950 hield men een volkstelling waarbij 96% van de bevolking vóór"enosis" (eenwording met Griekenland) stemde. De uitslag werd echter genegeerd door de Britse gouverneur. In 1950 stierf aartsbisschop Makarios II, en werd opgevolgd door Makarios van Kitium, ofwel Makarios III. Met deze zéér sterke figuur begint een rigoureuze wending in de Cypriotische geschiedenis. In 1955 zijn er gewelddadige acties door guerillabeweging EOKA o.l.v. de Griekse kolonel Grivas. Er vallen vele doden en Makarios wordt in 1956 verbannen naar de Seychellen. De onderhandelingen gingen ondertussen gewoon door en leidden tot het verdrag van Zürich> tussen Griekenland, Engeland en Turkije. Het verdrag voorzag in een Grieks-Cypriotische president en een Turks-Cypriotische vice-president en volksvertegenwoordigingen op verschillend niveaus. Dit alles gebaseerd op de grootte van de Griekse en Turkse bevolkingsgroepen. Bovendien beloofden Engeland, Griekenland en Turkije de onafhankelijkheid van Cyprus te garanderen. Enosis werd uitgesloten, want Cyprus mocht met geen enkel land een gehele of gedeeltelijke politieke of economische unie aangaan. Dit alles werd door Makarios met grote tegenzin geaccepteerd. Op 16 augustus 1960 werd de Republiek Cyprus uitgeroepen, met Makarios als eerste president. De Turk Fadil Küçük werd vice-president. De politieke samenwerking tussen de twee partijen verliep echter zeer moeizaam en in 1963 laaiden de vijandelijkheden weer op. In 1964 stuurden de Verenigde Naties een vredesmacht en een bemiddelaar naar Cyprus; tevergeefs. Er volgden economische blokkades en in Nicosia ontstonden demarcatielijnen tussen de Griekse en Turkse volkswijken.

Küçük werd in 1973 als vice-president opgevolgd door Rauf Denktasj. In 1974 probeerden de Griekse militaire leiders een staatsgreep te plegen door een aanslag op Makarios.

Dit leidde weer tot het binnenvallen en bezetten door de Turkse regering van het noordelijk deel van het eiland. Op 1 november 1974 werd in de Verenigde Naties een motie aangenomen waarin de status van Cyprus als soevereine en onzijdige staat werd bevestigd en op 16 november keerde Makarios, tegen de wens van de Turken, op het eiland terug als president. Makarios sprak zich uit voor het verlenen van federale rechten aan de Turks-Cypriotische minderheid. De onderhandelingen hierover verliepen echter moeizaam, waarna Denktasj op 13 februari 1975 een Turks-Cypriotische federale staat uitriep, waarvan hijzelf president werd. In juni verklaarden de Turks-Cyprioten zich per referendum akkoord met de nieuwe staat. Op 15 november 1983 riep het Turks-Cypriotische parlement eenzijdig de Turkse Republiek van Noord-Cyprus uit. De onafhankelijkheidsverklaring werd door de VN-Veiligheidsraad ongeldig verklaard en alleen door Turkije erkend. Een nieuwe onderhandelingsronde tussen de Turks- en Grieks-Cypriotische leiders in januari 1985 liep op niets uit. Door de verbeterde verstandhouding tussen Griekenland en Turkije en de persoonlijke bemoeienissen van VN-secretaris generaal Pérez de Cuéllar werd vanaf 1988 overlegd over de toekomst van Cyprus.

Deze situatie duurt tot nu toe voort en wordt steeds gecompliceerder. Zo is Cyprus een van de kandidaten om toe te treden tot de Europese Unie. De Europese Unie vindt echter dat de bezetting van het noordelijke deel van Cyprus ongedaan moet worden gemaakt en dat Cyprus dus alleen ongedeeld lid mag worden van de Europese Unie. Het Navo-lidmaatschap van Turkije is ook een complicerende factor. De in februari 1993 gehouden presidentsverkiezingen werden met een zeer kleine meerderheid gewonnen door de leider van het rechtse Democratisch Verbond (DISY), Clerides. In 1995 kreeg Nicosía de Oud-Griekse benaming Lefkosía. Vijf juli 1995 bepaalde het Europese Hof van justitie dat voor alle export van Cyprus toestemming nodig was van de officiële (Grieks-Cypriotische) regering. Alle rechtstreekse handel tussen de Turkse Republiek Noord-Cyprus werd verboden. De assemblée van de Turkse Republiek Noord-Cyprus nam op 28-29 augustus 1995 twee omstreden resoluties aan waar besloten werd op het gebied van defensie en buitenlandse politiek samen te werken met Turkije; en om geen federale oplossing voor de kwestie Cyprus te zoeken, maar in plaats daarvan politieke gelijkheid met Grieks-Cyprus en souvereiniteit te eisen.

Van 21-26 september 1995 werden er gezamenlijke Griekse en Grieks-Cypriotische legeroefeningen gehouden. Denktash noemde dat een"nieuw teken van vijandschap". Na vijf informele gesprekken in oktober tussen Clerides en Denktash om het geblokkeerde vredesproces weer op gang te brengen, werd duidelijk dat de standpunten alleen nog maar verhard waren.

Bij verkiezingen in 1995 werd Rauf Denktash voor een derde termijn van vijf jaar gekozen tot president van de Turkse Republiek Noord-Cyprus. Na de parlementsverkiezingen van 26 mei 1996 op Grieks-Cyprus behield de coalitie van president Clerides een grote meerderheid. De vredesonderhandelingen tussen Turks- en Grieks-Cypriotische leiders werden op 25 juni 1996 hervat.

Begin januari 2003 leverde de leider van de regerende Turkse Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling, Recep Tayyip Erdogan, scherpe kritiek op de Turks-Cypriotische leider Rauf Denktash. Denktash was tegen het vredesplan dat de Verenigde Naties hadden uitgewerkt voor het eiland. Dat plan voorzag in een herenigd Cyprus, met twee deelstaten naar Zwitsers model. Een week eerder eisten 30.000 Turks-Cyprioten met een demonstratie het aftreden van Denktash. Het was de grootste betoging voor het lidmaatschap van de Europese Unie die ooit in het sinds 1974 door Turkije bezette noorden van Cyprus gehouden werd. De Europese Unie nodigde in december 2002 Cyprus uit om in 2004 lid te worden van de EU, maar de Griekse en Turkse Cyprioten konden het op de EU-top in Kopenhagen niet eens worden over het door de Verenigde Naties opgestelde herenigingsplan. De EU maande beide partijen om voor 28 februari 2003 tot overeenstemming te komen, zo niet dan zou alleen het Grieks-Cypriotische deel als lid worden toegelaten. Erdogan spoorde Denktash aan om zo snel mogelijk met de Grieks-Cyprioten om de tafel te gaan zitten.

Oppositieleider Tassos Papadopoulos werd in februari 2003 gekozen tot nieuwe president van het Griekse deel van Cyprus. De 69-jarige jurist verwierf 51,51% van de stemmen. Glafcos Clerides, de zittende president en sinds 1993 op het pluche, kreeg maar 38,8% van de stemmen.

Eind april werd voor het eerst sinds 29 jaar de grens tussen het Griekse en Turkse deel van Cyprus opengesteld. De openstelling was een beslissing van het Turkse Noord-Cyprus. Volgens de Grieks-Cypriotische regering wilde de Turks-Cypriotische leider Rauf Denktash zo de aandacht afleiden van zijn weigering akkoord te gaan met een door de Verenigde Naties voorgesteld herenigingsplan. Door die weigering kon op 1 mei 2003 alleen het Griekse deel van Cyprus zich aansluiten bij de Europese Unie.

Met een duidelijk 'nee' wezen de Grieks-Cyprioten in april 2004 een VN-herenigingsplan voor Cyprus af. De Grieks-Cyprioten wezen tijdens het referendum het herenigingsplan af met 76% van de stemmen. In het Turks-Cypriotische deel daarentegen stemden 65% van de kiezers met 'ja'. De afwijzing betekende dat in feite alleen de Grieks-Cyprioten op 1 mei 2004 toetraden tot de Europese Unie. Sinds het Annan-plan op 24 april 2004 door de Grieks-Cypriotische bevolking werd verworpen is er geen echte voortgang geboekt in het vinden van een oplossing voor de kwestie Cyprus. Op 1 januari 2008 werd de euro als wettelijk betaalmiddel ingevoerd.

In 2008 beginnen weer nieuwe gesprekken tussen Grieks- en Turks-Cypriotische leiders over hereniging. De grensovergang in de Ledra straat is weer geopend. Bij de verkiezingen in Turks Cyprus in april 2009 wint de rechts nationalistische partij. De Turks-Cypriotische leider Mehmet Ali Talat blijft zitten maar zijn positie is verzwakt. In Augustus 2011 benoemt de Grieks Cypriotosche president Christofis een nieuw kabinet met een nieuwe minister van financiën om de economische crisis te bestrijden. Die crisis verdiept echter in 2012 en Cyprus moet de EU om hulp vragen. In november bereikt Cyprus een akkoord met de EU en het IMF. De bankensector moet zwaar gesaneerd worden. In februari 2013 verslaat de conservatieve partij de concurrentie en treedt Nicos Anastasiades aan als nieuwe president van Grieks Cyprus. Gedurende geheel 2013 krijgt Cyprus nieuwe leningen van de EU. De Laiki bank wordt ontbonden en mensen die meer dan 100.000 Euro hebben gespaard of belegd leiden zware verliezen. In maart 2014 neemt Panicos Demetriades, hoofd ven de centrale bank, ontslag na meningsverschillen met de regering over te nemen maatregelen. In 2015 en 2016 worden de onderhandelingen over de hereniging hervat, in januari 2016 spreken Nicos Anastasiades en de Turks Cypriotische leider Mustafa Akinzi het volk gezamenlijk toe tijdens een nieuwjaarstoespraak. In januari 2017 ontmoeten Griekse en Turks-Cypriotische leiders elkaar in Gevene onder de VN vlag. Ze bespreken de mogelijkheden tot hereniging als federatie. Anti-herenigingsnationalist Ersin Tatar behaalt nipte overwinning in Turks-Cypriotische presidentsverkiezingen.

advertentie

CYPRUS LINKS

Advertenties
• Cyprus Tui Reizen
• Prijs vliegtickets Cyprus vergelijken? Vliegennaar.nl
• Bouw je eigen Cyprus Rondreis
• Hotels Trivago
• Naar Cyprus met Sunweb
• ANWB vakantie boeken Cyprus
• Djoser Wandel - wandelreis Cyprus
• Autoverhuur Sunny Cars Cyprus
• Cyprus Hotels
• Authentieke reizen naar Cyprus
• Boeken, ook tweedehands, over CYPRUS bij Bol.com

Nuttige links

Cyprus Start België (N)
Lies & Teije's Reiswebsite (N+E)
Reisinformatie Cyprus (N)
Reizendoejezo – Cyprus (N)
Uitgebreid fotoverslag vakantie Cyprus
Worldphotos Cyprus

Bronnen

Bulmer, R. / Cyprus Kosmos-Z&K

Cyprus

Het Spectrum

Haan-van de Wiel, W.H. de / Cyprus Gottmer

CIA - World Factbook

BBC - Country Profiles

laatst bijgewerkt maart 2024
Samensteller: Arie Verrijp / Geert Willems